Maurice LOMBAERT

Maurice LOMBAERT is geboren op 27 oktober 1905 te Poezelzele. Hij was de tweede zoon van het landbouwers en vlaswerkersgezin van Emile LOMBAERT en Marie Louise EVRAERT.Later kwamen er nog drie dochters bij. Hij volgde onderwijs aan de gemeenteschool en ging al vlug werken in de zwingelarij Watteyne. Zijn hobby was fietsen en bijgevolg sloot hij zich aan bij de ‘veloclub’ van Cyrile Koether in café De Prins, Rozenstraat, gekend als Sidnietjes.

Naar aanleiding van de zestigjarige hedenking aan dit ongeval waarbij meerdere inwoners van Moorsele betrokken waren, heeft Lothair VANOVERBEKE deze kroniek geschreven waar het merendeel van de informatie uit komt.

Als milicien behoorde hij tot de klasse 1925. In 1938 en 1939 maakte hij de mobilisaties mee, raakte op een ‘Vlaamse’ manier door de achttiendaagse veldtocht en na zijn demobilisatie ‘doorblauwde’ hij de vijf oorlogsjaren als betonwerker

Na de bevrijding van onze gewesten was de werkeloosheid een van ’s lands ergste kwalen. Velen zochten daarom hun toevlucht in vrijwillige dienstneming bij het ‘nieuwe’ Belgische leger. Ze ontvingen er een redelijke soldij, die bij de ontmijningsdiensten nog een stuk hoger lag. De risico’s? Een behoorlijke opleiding door Belgische ontmijningstroepen in het kamp te Westende stond garant (?) voor het minimaliseren van deze factor. Samen met andere Moorselenaars Achiel Vantomme, Remy Vancoillie, Andre Herman en Henri D’Haeveloose, trok Maurice op 3 maart 1945 naar een Brugse kazerne. Nauwelijks 9 dagen later, op 12 maart3, werden ze ingelijfd bij het 2de Ontmijningsbataljon. Maurice, Achiel, Remi en Andre bij de 1ste Compagnie, terwijl D’Haevloose bij de 3de Compagnie werd ingedeeld. Tijdens hun scholing werd hen speciaal op het hart gedrukt voorzichtig om te gaan met infanteriemijnen die in serie met elkaar verbonden waren. Wanneer één van die tuigen explodeerde, verwekte die een kettingreactie die een aantal andere identieke bommen detoneerde, gewoonlijk over een grotere strook verstopt. Het resultaat hiervan zou niet in te schatten zijn. Zeer verschillende springtuigen moesten onschadelijk gemaakt worden, en zelfs tot in Antwerpen, Limburg en de Ardennen toe moesten ontmijners op stap om er munitie-opslagplaatsen te ontmantelen.

Terloops, de door de oorlogsvoerende legers gebruikte springstoffen werden in zeer veel gevallen in oorlogstijd vervaardigd. Wat de Duitse springstoffen betrof, gebruikten die soms gelegenheidsmiddelen die aan het poeder meestal niet die stabiliteit gaf die in vredestijd als hoofdvereiste vooropgesteld werd. Ook dient erop gewezen dat de springstoffen die de ontmijners terugvonden mechanische en fysische veranderingen hadden ondergaan door een lang verblijf op zeer hete of ijskoude plaatsen, of door de vochtinwerking van ons zeer veranderlijk klimaat.

Het 2de Bataljon werd ingezet aan de Belgische kust, de 1ste Compagnie te Nieuwpoort-Bad waar ze werden gekazerneerd in de villa Crombez, nu ‘Barkentijn’ Albert I-laan 1265.

De verlofperiodes waren telkens een verademing tussen het gevaarlijke werk bij ‘den troep’, al deden de betrokkenen hun job af als een routineklus.

Op het thuisfront deed de familie haar voordeel bij de vrijgevigheid van de goedbetaalde ontmijners. In april 1945 was Maurice thuis en beloofde twee neefjes die hun plechtige communie zouden doen, een mooie fiets. Samen met hen trok hij naar fietsenmaker ‘Potje Dek’ René Vandaele aan de Ieperstraat, bekeurde de fietsen en koos er twee uit. Één fiets betaalde hij, de tweede zou hij vereffenen bij zijn volgende ‘permissie’.

Woensdag 9 mei 1945, daags na de officiële afkondiging van V-Dag (V staat voor Victorie) die het einde van de Tweede Wereldoorlog betekende, was voor de Moorselenaars een gewone ‘ontmijningsdag’.

Het was ook daags vóór Hemelvaartsdag, de dag waarop de plechtige communie zou worden gehouden. In de deels herstelde parochiekerk St. Bernardus, bevonden zich de communicanten om te biechten en werden ook de laatste voorbereidingen tot het feest getroffen

.

In de omgeving van de kerk klonken fluitsignalen, de verwittiging tot ontruimen van een deel van het strand van Nieuwpoort-Bad. Een bloot gekomen mijn zou er worden verwijderd om de veiligheid van de soldaten niet nodeloos in gevaar te brengen.

Om twintig over negen scheurden snel op elkaar volgende explosies door de lucht. Telkens verhief zich een zandhoos meters hoog. Van links en rechts kwamen soldaten aangerend om hulp te bieden. In de kerk werden verscheidene kinderen gewond door rondvliegend glas uit de weggeblazen kerkramen7.Aan de westzijde van de kerk niets jammerklachten en van pijn verwrongen gezichten, maar ook drie doden.

De kracht van de explosie had zelfs te Veurne ruiten verbrijzeld.

Maurice Lombaert was een van de dodelijke slachtoffers.Te Moorsele kwam pastoor Firmin Verhamme de familie van Maurice de trieste mare brengen9. Voor de Moorseelse zieleherder was het nog maar de eerste zware opdracht van die aard.

.